In 2001 heeft Ludo met Parco zijn eerste zege in een wereldbekerproef beet. En dat is niet eens de grootste primeur: Ludo grijpt zilver op de Europese kampioenschappen in Arnhem. Weeral een uitzonderlijk staaltje springkunst van Otterongo. En de bekroning van een carrière op topniveau, waarin een podiumplaats op een kampioenschap van deze allure Ludo tot dan toe ontglipte. Heel Gruitrode volgt mee op het puntje van zijn stoel. En viert uitbundig.
Otterongo blijkt voor Ludo de onbetwiste klasbak van 2001 – met liefst vijftien toptiennoteringen. Die zetten de naam Philippaerts meer luister bij dan ooit: Ludo is een van de beste tien ruiters ter wereld.
Kenners en het publiek aanschouwen Ludo’s concoursdeelnames met hooggespannen verwachtingen. En hij stelt niet teleur. Hij verdedigt trots de Belgische vlag op de Nation’s Cup-proef in Aken en sleept de landenprijs in de wacht. Later, in Madrid, komt hem nog een bijzondere eer tegemoet: die van sterkste ruiter tijdens de volledige Samsung Nation’s Cup. Een buitengewone prestatie.
Ondertussen gonst er een gerucht in de tribunes: Ludo zou de handen in elkaar slaan met topruiters Jos Lansink en Mark Van Dijck. Geen loze woorden. Op de jumping van Mechelen verspreidt het nieuws zich als een lopende vuurtje: Ludo vormt met zijn collega’s team Zangersheide. De komende jaren ruitert hij in het adellijk blauwe jasje over de meest uitdagende parcoursen.